• BNP Paribas Foundation verlengt voor drie jaar het partnership met het Jeugdfonds Sport & Cultuur via het Dream Up programma die projecten met een culturele en maatschappelijke doelstelling steunt
  • Het Dream Up-programma van de BNP Paribas Foundation biedt kinderen en jongeren wereldwijd de kans om hun artistieke talenten te ontdekken en ontwikkelen
  • Mede door deze steun is de succesvolle pilot ‘Jeugdfonds Let’s Dance’ in de zomer van 2024 gelanceerd

De succesvolle samenwerking tussen Jeugdfonds Sport & Cultuur en het Dream Up-programma van de BNP Paribas Foundation wordt met drie jaar verlengd. Als partner ondersteunt BNP Paribas sinds 2018 via het Dream Up-programma projecten om kinderen uit gezinnen met geldzorgen te helpen hun talenten te ontdekken en ontwikkelen. De afgelopen jaren droeg BNP Paribas bij aan onder meer het El Jackson Education-project en de pilot ‘Jeugdfonds Let’s Dance’.

In de zomer van 2024 is de pilot ‘Jeugdfonds Let’s Dance’ georganiseerd. Veel kinderen die opgroeienin gezinnen met geldzorgen willen wel dansen maar hebben niet de financiële middelen, of geen toegang tot een dansschool in de buurt. ‘Jeugdfonds Let’s Dance’ komt daarom naar de kinderen toe. Samen met lokale dansscholen en professionele dansdocenten organiseerde het Jeugdfonds lessen op pleintjes in de wijk. Zes weken lang werkten de deelnemende kinderen twee uur per week toe naar een spectaculaire eindshow. Tijdens de lessen konden ze verschillende dansstijlen, zoals hiphop en breakdance, proberen. Ook werden ze gestimuleerd om hun talent verder te ontwikkelen.

Als sportliefhebber ben ik heel trots dat we de komende drie jaar blijven samenwerken met Jeugdfonds Sport & Cultuur om te helpen bij het realiseren van hun missie: deelname aan sport en cultuur voor iedereen toegankelijk maken. Het bevorderen van maatschappelijke verbinding is een kernwaarde voor BNP Paribas en door samen sport en cultuur te beleven kom je dichter bij elkaar.”

Hugo Peek, CEO en Country Head BNP Paribas Nederland
Silvia Pavesi, hoofd CSR bij BNP Paribas Nederland

“Ik ben erg blij dat we het Jeugdfonds Sport & Cultuur weer drie jaar mogen  steunen met de pilot ‘Jeugdfonds Let’s Dance’. Met dit programma willen we kinderen de kans geven om kennis te maken met dans en ervan te gaan houden. Ook willen we kinderen leren vertrouwen op hun lichaam zodat zij meer zelfvertrouwen krijgen.”

Petra Bosman, Directeur van Jeugdfonds Sport & Cultuur: “Het Jeugdfonds Sport & Cultuur is heel blij met de langdurige samenwerking met BNP Paribas. Elk kind in Nederland heeft immers recht op deelname aan sport en cultuur, ook wanneer er thuis niet genoeg geld is. Door onze samenwerking kunnen nog meer kinderen meedoen. Ze hebben plezier, maken vrienden en ontdekken hun passie en talent. Hoe mooi is het dat Jeugdfonds dit mogelijk kan maken door hun contributie of lesgeld te betalen!”

De hernieuwde samenwerking met BNP Paribas zal zich ook de komende jaren richten op de talentontwikkeling van kinderen die opgroeien in gezinnen met  geldzorgen. Daarnaast wordt de bijdrage van BNP Paribas ingezet voor lidmaatschappen bij sport- en cultuurclubs: zo kunnen kinderen structureel meedoen en hun talenten verder ontwikkelen.

Lees hier meer over de projecten van Jeugdfonds Sport & Cultuur.

  • 71% van de Nederlanders verwacht dat de energietransitie zal leiden tot toenemende ongelijkheid in koopkracht. Vergeleken met 2023 is dit een aanzienlijke stijging van 5 procentpunten.
  • Het aantal Nederlanders dat van mening is dat het behouden van koopkracht belangrijker is dan het voorkomen van klimaatverandering is gestegen van 41% naar 43%.
  • 74% van de Nederlanders maakt zich grote of enige zorgen over klimaatverandering. Vergeleken met vorig jaar is dit een lichte daling van 2 procentpunten.

Uit de nieuwste editie van de BNP Paribas Just Transition Observatory 2024 blijkt dat zorgen over de sociale gevolgen van de energietransitie bij Nederlanders verder zijn toegenomen. Bijna driekwart (71%) van de respondenten verwacht dat de energietransitie leidt tot meer ongelijkheid in koopkracht. Ten opzichte van 2023 is dit een stijging van 5 procentpunt. Naast koopkracht wordt de mate waarin mensen afhankelijk zijn van hun auto vaak genoemd als oorzaak van toenemende ongelijkheid. 71% van de Nederlanders (+7 procentpunt ten opzichte van 2023) verwacht dat de kosten van levensonderhoud verder stijgen door ongelijke afhankelijkheid van mobiliteit.

De prioritering van maatregelen om koopkracht te beschermen boven klimaatmaatregelen neemt licht toe. In 2023 gaf 41% van de Nederlandse respondenten aan dat klimaatbeleid niet ten koste mag gaan van koopkracht. Dit percentage is in 2024 gestegen naar 43%. Hieruit kan worden opgemaakt dat de steun voor klimaatbeleid mede afhangt van de vraag of maatregelen zowel de klimaatcrisis als de koopkrachtcrisis adresseren.

Nederlanders blijven zich zorgen maken over de gevolgen van klimaatverandering. In 2023 gaf 76% aan zich hierover grote of enige zorgen te maken. Dit percentage is in 2024 licht gedaald naar 74%. Deze daling zou kunnen worden verklaard door gewenning aan de voortdurende berichtgeving over klimaatverandering, hoewel het voor een groot deel van de ondervraagden nog steeds een belangrijke zorg blijft.

Net als in de voorgaande jaren worden financiële prikkels die positief gedrag belonen nog steeds gezien als een van de meest effectieve manieren om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Daarnaast ligt het percentage Nederlandse ondervraagden (76%) dat verwacht dat de energietransitie vooral de meest kwetsbare groepen in de samenleving treft, hoger dan het Europees gemiddelde (72%). Dit suggereert dat economische instrumenten die de lasten eerlijker verdelen, een cruciale rol kunnen spelen bij het bevorderen van duurzame gedragsveranderingen.

“Vergeleken met vorig jaar zien we dat in de publieke opinie de bezorgdheid over de geopolitieke situatie groeit. Desondanks blijkt uit ons onderzoek dat mensen zich nog steeds ernstig zorgen maken over zowel de koopkrachtcrisis als de klimaatcrisis. Dit benadrukt de noodzaak voor een eerlijke energietransitie, waarbij haalbare alternatieven worden geboden zonder de financieel kwetsbaren, die vaak de kleinste vervuilers zijn, extra te belasten. Een eerlijke transitie heeft niet alleen betrekking op rechtvaardig handelen, maar is ook essentieel voor het behouden van publieke steun. Wanneer men het gevoel heeft onevenredig belast te worden, dan kan dat leiden tot verzet tegen essentiële klimaatmaatregelen. Als financiële instelling hebben wij een rol te vervullen om bij te dragen aan een rechtvaardige transitie.”

Grégoire Lusson, hoofd van NEST (Network of Experts in Sustainability Transitions) bij BNP Paribas

Over het onderzoek

Voor dit onderzoek zijn 10.424 respondenten ondervraagd uit 11 verschillende landen, waaronder Nederland. De respondenten zijn geïnterviewd via een online vragenlijst. Het onderzoek werd uitgevoerd door Ipsos tussen 1 maart en 2 april 2024.

In aflevering 43 van ESG (Even Samen Gevat) spreken Marloes en Aldert met Michiel Langezaal, CEO en een van de twee oprichters van Fastned, het op één na grootste snellaadbedrijf voor elektrische auto’s van Europa. Ze spreken over het laadconcept van Fastned en de toekomst van elektrisch rijden.


Fastned is opgericht in 2012. Michiel Langezaal en zijn compagnon Bart Lubbers bundelden hun krachten vanuit twee verschillende invalshoeken. Bart richtte zich al langere tijd op investeringen in de energietransitie. Michiel werkte destijds bij een bedrijf dat snelladers maakte. Hij had zelf een Nissan Leaf met een reikwijdte van zo’n 100 kilometer en stelde vanuit zijn technische achtergrond vooral de vraag: wat is efficiënt? “Voor mij was het evident dat als er veel elektrische auto’s komen je gewoon een fatsoenlijke, snellaadinfrastructuur nodig hebt.” Michiel en Bart zagen een stijgende trend in elektrisch rijden en beseften al snel dat de transitie weliswaar zou beginnen bij mensen met een eigen oprit en dus met de mogelijkheid van een eigen laadpunt, maar omdat 60 tot 70 procent van de Nederlanders geen eigen oprit heeft, efficiënte snellaadinfrastructuur de toekomst heeft. En zo kom je bij de missie van Fastned: het versnellen van de transitie naar elektrisch autorijden om zo emissies uit het systeem te halen.

Waardevolle locaties

Maar ja: hoe pak je dat aan? Rond 2011 en 2012 waren er wel meer partijen die zagen dat de verkoop van elektrische auto’s tot de vraag zou leiden “waar kan ik mijn auto snel opladen onderweg?”.  “De vraag was vervolgens: hoe waarde te creëren door, voor de markt uit, een landelijk dekkend netwerk van grote snelle laadstations te realiseren? Immers er moet ook een rationale zijn voor financiers om de aanloopverliezen te dekken” zegt Michiel.

“Het is eigenlijk een kip-ei verhaal. Op dat moment reden er nog niet veel elektrische auto’s op de weg. Daardoor zagen velen investeren in laadinfrastructuur niet als een interessante businesscase.

Maar er zullen pas meer elektrische auto’s op de weg komen als er goede snellaadinfrastructuur is. Daarom zijn wij destijds beginnen met het uitrollen van ons netwerk met snellaadinfrastructuur.”

Wat Fastned onderscheidde van die andere partijen was dat de nadruk niet lag op de techniek, maar op locaties. “Dat is een groot deel van ons onderscheidend vermogen. Het feit dat we er vroeg bij waren en dat we op heel waardevolle locaties snellaadstations ontwikkelen op schaarse stukken grond langs doorgaande wegen.”

Neem het voorbeeld van Frankrijk. Daar heeft Fastned op dit moment ongeveer 50 locaties. Dat lijkt misschien niet veel, maar het gaat wel om “heel grote locaties langs heel drukke kernsnelwegen.” Je moet natuurlijk laders hebben op plekken waar automobilisten willen opladen, maar het is ook commercieel van belang: “Op deze manier worden de investeringen snel rendabel en is het een interessante businesscase.”

Betrouwbaar laadconcept

Oplaadpunten op de juiste plaatsen zijn belangrijk, maar daarnaast moet je zorgen voor een betrouwbaar laadconcept: hoe opereer je, hoe goed zijn je monteurs opgeleid, wat voor data-analyse doe je, enzovoorts. “We hebben ontzettend veel energie gestopt in alle softwaresystemen, onze app, om de hele laadervaring zo makkelijk mogelijk te maken”, aldus Michiel. Ook daarin onderscheidt Fastned zich en daarvoor kreeg het bedrijf ook al diverse prijzen, zoals de Gouden Stekker in 2023. “Het is een optelsom van heel veel dingen”, zegt Michiel, die daarom ook niet bang is van concurrentie of kopieergedrag. “Ja, het concept is kopieerbaar, maar dat kost wel tijd en heel veel geld.”

Grotere reikwijdte

Maar wat gebeurt er als elektrische auto’s een grotere reikwijdte krijgen? Michiel ziet de grotere actieradius alleen maar als een positieve ontwikkeling. Ook de laadsnelheid neemt namelijk steeds verder toe wat tot kortere laadtijden gaat leiden.

Hij is er dan ook niet bang voor dat er straks auto’s met een actieradius van misschien wel 800 tot 1.000 kilometer komen. “De prijs van batterijen blijft dalen en dat leidt to luxe modellen met meer reikwijdte en ook meer betaalbare modellen. Zeker dat laatste maakt elektrisch rijden weer aantrekkelijker. En al die auto’s moeten opgeladen worden. Dat zorgt voor meer klanten bij onze snellaadstations.”

Volgens Michiel zijn er vier kernoverwegingen bij consumenten die bepalend zijn voor het versnellen van elektrisch rijden: reikwijdte, oplaadsnelheid, beschikbaarheid van snellaad-infrastructuur en de prijs van de auto. De meeste mensen kopen liever een auto met een reikwijdte van 400 kilometer dan een veel duurder exemplaar met een reikwijdte van 800 kilometer. En de verwachting is dat je je elektrische auto over vijf of zes jaar misschien in tien of twaalf minuten hebt opgeladen op een snellaadstation. “De doorbraak van elektrisch rijden zit in de kern gewoon op een betaalbare elektrische auto met goede reikwijdte.”

De laadstations van Fastned zijn gebouwd op de toekomst. “We hebben grote stations gebouwd op grote terreinen. Vaak met ruimte om zes, acht, twaalf opladers neer te zetten.” Maar Fastned is van het snelladen: een auto moet binnen 15 tot 20 minuten klaar zijn. “Dat betekent dat je enorm veel laadcapaciteit kan bieden aan de markt door simpelweg de gebruiksgraad op die stations omhoog te brengen en meer mensen te verwelkomen.” Het gaat om een hoge bezettingsgraad.

Nationaal of lokaal?

Op nationaal niveau en op het Europese hoofdwegennet is er al veel gaande rondom het uitbreiden van de infrastructuur voor snelladen. Dat is mede te danken aan de Alternative Fuel Infrastructure Regulation (AFIR) van de EU, waarin is bepaald dat nationale overheden voor een goede snellaadinfrastructuur moeten zorgen. Veel landen zijn daar ook al mee bezig op nationaal niveau en zorgen voor laadinfrastructuur langs de hoofd- en snelwegen. Voor steden is het een ander verhaal. Daar spelen provincies en gemeenten een belangrijke rol. “Die hebben eigenlijk allemaal hun eigen koninkrijkjes met eigen beleid.” Bovendien is de grond daar heel schaars en hebben de meeste woningen geen oprit. Juist daar is een snellaadinfrastructuur dus wenselijk, zeker als je beseft dat bijvoorbeeld een stad als Amsterdam vanaf 2030 alle benzine- en dieselauto’s binnen de ring A10 wil weren. Benzinestations zullen laadstations moeten worden. Juist daar ziet Fastned kansen om met haar snellaadconcept te helpen om aan de vraag naar snelladen te voldoen.

Een zonnige toekomst

Michiel ziet een zonnige toekomst voor Fastned. Elektrisch vervoer neemt alleen maar toe, niet alleen omdat de reikwijdte van elektrische auto’s groter wordt, maar ook doordat ze goedkoper worden onder druk van de toestroom van Chinese auto’s. Waterstof lijkt juist minder aantrekkelijk te zijn dan oorspronkelijk gedacht. Zoals het er nu uitziet, is waterstof vier keer zo duur per kilometer als elektrisch. Verder groeit de hoeveelheid groene elektriciteit uit hernieuwbare bronnen zoals zon en wind.

Service area of the future

Michiel is ervan overtuigd dat Fastned over het juiste laadconcept beschikt en daarom de strijd met andere marktpartijen kan winnen. Niet alleen om investeringen en personeel aan te trekken, maar ook om de concurrentie met bijvoorbeeld Tesla of oliemaatschappijen aan te gaan. Fastned slaagt erin om met een heldere missie locaties rendabel te maken. “Als je de top-10 laadbedrijven bekijkt, dan zie je aan de bovenkant, waar Fastned zich bevindt, dat de eerste drie of vier spelers per station 50, 80 of 100 bezoekers hebben. Kijk je naar de onderkant van de top-10 dan praat je over 10 tot 15 bezoekers per dag. Als je maar 15 klanten per dag hebt, dan is een investering van een miljoen heel moeilijk rendabel te maken. Het gaat dus niet alleen om diepe zakken maar zeker ook om een goed concept en een echt duurzame missie. En dat hebben wij als Fastned in de afgelopen twaalf jaar stevig neergezet.”

En de ontwikkelingen gaan door. Binnenkort wordt op de route Antwerpen-Rotterdam, de eerste Fastned-shop geopend. Een pilotshop en er volgen er later meer. “We hebben ongeveer een jaar geleden een aanbesteding van de Belgische overheid gewonnen voor de eerste service area of the future”, zegt Michiel. Het is het eerste tankstation zonder fossiele brandstoffen maar mét snelladen, broodjes, koffie en toiletten.

ESG Even Samen Gevat is een podcast reeks waarin Aldert Veldhuisen en Marloes Bergevoet in gesprek gaan met versnellers van de duurzame transitie. Ze duiken onder andere in de “E” van groene energie, CO2 uitstoot, grondstoffen, biodiversiteit, de “S” van gezondheid, diversiteit en inclusiviteit en de “G” van wet- en regelgeving en internationale samenwerking.

In deze reeks zijn onder andere ook verschenen:

Volg Even Samen Gevat hier zodat je geen aflevering mist!

Met de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) verplicht de Europese Commissie bedrijven om in hun jaarverslagen te rapporteren op duurzaamheid. Tussen 2024 en 2029 krijgen naar verwachting zo’n 50.000 ondernemingen te maken met de CSRD. Om hen op weg te helpen met de uitgebreide rapportage zijn Europese richtlijnen gepubliceerd: de European Sustainability Reporting Standards (ESRS). 

Deze en andere initiatieven, zoals de EU-taxonomie voor duurzame economische activiteiten en de EU Green Bond Standard, getuigen van vastberadenheid om EU-beleid over het milieu, het klimaat, de volksgezondheid en de biodiversiteit van een juridische basis te voorzien. Deze structuren vergroten transparantie en maken het eenvoudiger om duurzame activiteiten te identificeren en onder gunstigere voorwaarden te financieren. Tegelijkertijd is het voor veel bedrijven een uitdaging om aan de richtlijnen te voldoen. Ongecontroleerde regeldruk is een risico voor het concurrentievermogen van de EU. Voor kleinere bedrijven is daarom een lichtere CSRD-variant in ontwikkeling.

Lidstaten hebben achttien maanden de tijd om de CSRD om te zetten in nationale wetgeving. Tussen 2025 en 2029 moeten zo’n 50.000 bedrijven voor het eerst de duurzaamheidsrapportage opleveren. In eerste instantie gaat het om de grootste bedrijven die van openbaar belang zijn en die nu al verplicht zijn te rapporteren over duurzaamheid door het Non-financial Reporting Directive (NFRD). Ze moeten vanaf het fiscaal jaar 2024 de ESRS implementeren. Het jaar daarna wordt de verplichting uitgebreid naar bedrijven die aan tenminste twee van de volgende voorwaarden voldoen in de afgelopen twee jaar: zij hebben meer dan 250 medewerkers, meer dan 50 miljoen euro omzet per jaar en/of meer dan 25 miljoen euro op de balans. Ook ondernemingen onder niet-EU zeggenschap die aan deze criteria voldoen of die een bijkantoor hebben in Europa met een omzet van meer dan 40 miljoen euro, moeten deze rapportage opleveren. Tot slot is er een groep kleinere bedrijven die niet verplicht is om te rapporteren, maar die wel diensten of producten levert aan grotere ondernemingen. Die grotere ondernemingen gaan strenger kijken naar de duurzaamheid van hun aanbieders en dienstverleners en dus moeten ook zij informatie aanleveren over CSRD gerelateerde thema’s. 

Wanneer bedrijven rapporteren publiceren zij materiële informatie over hun impact op mens en milieu (impactmaterialiteit) en duurzaamheidskwesties die het bedrijf financieel beïnvloeden (financiële materialiteit). Dit wordt het ‘dubbele materialiteitsprincipe’ genoemd. Naast transparantie verplicht de CSRD-bedrijven tot het formuleren van concrete doelstellingen. De voortgang wordt gemonitord ten opzichte van een eerste nulmeting. Er bestaan tien themastandaarden waarop bedrijven kunnen rapporteren, die variëren van biodiversiteit en circulaire economie tot arbeidsrechten in de keten. Bedrijven krijgen de verantwoordelijkheid om hun eigen materiële thema’s te identificeren en te prioriteren in overleg met hun omgeving. Vervolgens wordt door het ‘dubbele materialiteitsprincipe’ van ondernemingen niet alleen verwacht dat zij per thema openheid geven over hun impact op de leefomgeving, maar ook over de invloed van deze thema’s op het bedrijf zelf en welke risico’s dit met zich meebrengt.

Dataverzameling en deze effectief verwerken is een uitdaging. Bedrijven moeten investeren in nieuwe systemen en professionaliseren om aan de nieuwe vereisten te voldoen. De komende maanden zullen veel ondernemingen hier voor het eerst mee aan de slag gaan.

“Ik begrijp goed dat met name niet-beursgenoteerde ondernemingen het gevoel hebben nog niet klaar te zijn om over zo’n brede linie te rapporteren. Wij raden daarom aan om nu alvast in kleine stappen te beginnen met het voorbereiden van de dubbele materialiteitsanalyse. De eerste stap is het identificeren van de verschillende mogelijke materiele thema’s. Dit kan met behulp van een desktop-analyse van verschillende bronnen, waaronder de ESRS. Een vertrekpunt is bijvoorbeeld onderzoek naar de dominante duurzaamheidsthema’s in de eigen sector of aansluiten bij duurzaamheidsstandaarden voor de sector die al zijn vastgesteld, zoals de GRI Standards. Met deze analyse stel je een ‘long list’ van thema’s samen.

Stap twee is de eigen omgeving in kaart brengen. Je onderzoekt dan welke stakeholders, zoals klanten, leveranciers, medewerkers, omwonenden en financiers, impact ervaren of worden beïnvloed door de bedrijfsactiviteiten. Stap drie is de stakeholderdialoog: bespreek de long list met je omgeving. Zo kan die worden geverifieerd en verkort en ontstaat een duidelijke lijst met thema’s die voor de onderneming in ieder geval belangrijk zijn om op te nemen in hun rapportage.”

Rado Georgiev 
Duurzaamheidsadviseur bij BNP Paribas

Oosterhout, 2 november 2021 – De vernieuwde Hypotheek Aflos Verzekering van BNP Paribas Cardif is nu ook aan te vragen bij een lopende hypotheek. Daarnaast kiezen klant en adviseur nu zelf het af te lossen bedrag bij arbeidsongeschiktheid. Met deze wijzigingen is de verzekering nu beschikbaar voor de meerderheid van de huiseigenaren in Nederland.

Meer adviesmogelijkheden
Door de verzekering ook beschikbaar te maken bij lopende hypotheken, kunnen adviseurs de verzekering ook op een later, rustiger moment aanbieden aan hun klanten. Daarnaast leent de verzekering zich nu ook uitstekend voor nazorgtrajecten. Adviseur en klant kiezen nu bovendien zelf de hoogte van de aflossing op de hypotheek bij arbeidsongeschiktheid. Een bedrag kan gekozen worden tot maximaal 60% van de hypotheekschuld met een minimum van € 25.000 en een maximum van € 150.000.

Voordeliger bij een nieuwe hypotheek
Wie de verzekering uiterlijk drie maanden na de passeerdatum van de hypotheek aanvraagt, ontvangt 15% korting op de premie voor de arbeidsongeschiktheidsdekking. Ook kan de klant bij een nieuwe hypotheek kiezen voor een aanvullende dekking voor werkloosheid.

De eerste aflosverzekering voor arbeidsongeschiktheid
In 2017 introduceerde BNP Paribas Cardif de Hypotheek Aflos Verzekering; de eerste aflosverzekering voor arbeidsongeschiktheid. De Hypotheek Aflos Verzekering lost in één keer een groot deel van de hypotheek af als de klant arbeidsongeschikt raakt. Dit verlaagt de hypotheek, waardoor de maandelijkse hypotheeklasten dalen op het moment dat de klant dit goed kan gebruiken. Lees nu meer.

Marieke van Zuien bechrijft voordelen van aflosverzekering
  • BNP Paribas Wealth Management versterkt positie in Nederland met dienstverlening aan ondernemers en families.
  • Bernt Kok benoemd tot CEO van BNP Paribas Wealth Management in Nederland en Arjan van Rijn tot Head of Key Clients.
  • Nieuwe divisie wil profiteren van lokale aanwezigheid en synergiën van BNP Paribas.

Per 1 februari is Bernt Kok benoemd tot CEO van BNP Paribas Wealth Management in Nederland. Hij wordt in deze rol ondersteund door Arjan van Rijn, die tot Head of Key Clients is benoemd. Met hun komst versterkt BNP Paribas Wealth Management de dienstverlening aan Nederlandse klanten, daarbij gebruikmakend van haar internationale aanwezigheid.

Met deze nieuwe divisie in Nederland krijgen Nederlandse klanten toegang tot een uniek aanbod van producten en diensten – in het bijzonder met betrekking tot private equity, vermogensbeheer en financiering – en kunnen ze een beroep doen op de uitgebreide kennis van BNP Paribas Groep (de Groep) op het gebied van zowel corporate- en investment banking als onroerend goed.

Geert Lippens, CEO van BNP Paribas Nederland, zegt: “BNP Paribas is al leider op het gebied van wealth management in Europa en wil hier actief op voortbouwen. Het verheugt me om Bernt te kunnen verwelkomen als CEO van Wealth Management. Zijn uitgebreide ervaring en lokale netwerk stellen ons in staat onze activiteiten op het gebied van wealth management uit te breiden in Nederland. Bernt’s expertise en Arjan’s gedegen kennis en kwaliteiten op het gebied van relatiebeheer zijn van wezenlijk belang voor het succes van BNP Paribas Wealth Management in Nederland.”

Vincent Lecomte, CEO van BNP Paribas Wealth Management, voegt toe: “Dit nieuwe team gevestigd in Amsterdam stelt ons in staat om nog dichter bij de klant te staan, vooral onder ondernemers en families, door een internationale aanpak in samenwerking met de al goed gevestigde groep in Nederland. Deze nieuwe benoemingen maken deel uit van ons business development plan om Europese ondernemers te helpen hun internationale groei te verwezenlijken en aan hun financierings- en investeringsbehoeften te voldoen.”

Biografieën

Bernt Kok heeft meer dan 16 jaar ervaring op het gebied van wealth management, meest recentelijk als Senior Wealth Manager en Directeur Private Wealth Management bij de divisie UHNW van ABN AMRO in Nederland. Voordat hij de overstap maakte naar wealth management heeft Bernt ervaring opgedaan in corporate advisory en bekleedde hij diverse internationale functies in de private banking sector.

Arjan van Rijn was circa 25 jaar werkzaam in internationale corporate- en investment banking, alvorens enkele jaren geleden over te stappen naar Wealth Management bij Credit Suisse, waar hij zich richtte op dienstverlening aan ondernemers in Nederland.

Over BNP Paribas Wealth Management

BNP Paribas Wealth Management is een wereldwijde leider op het gebied van private banking en de grootste private bank binnen de eurozone met een beheerd vermogen van €390 miljard per eind-december 2020. Vanuit drie hubs in Europa, Azië en de Verenigde Staten helpen de meer dan 6.800 professionals van BNP Paribas Wealth Management vermogende (HNW) en zeer vermogende (UHNW) particulieren bij de bescherming, groei en overdracht van hun vermogen. Daarbij bouwt de bank aan een duurzame toekomst door haar eigen uitgebreide kennis en bereik te combineren met de invloed die de klanten hebben en hun wens om een verschil te maken. De bank is onlangs uitgeroepen tot Best Private Bank in Europa, in Noord-Azië, in het westen van de VS en in het Midden-Oosten.

BNP Paribas benoemt per 15 juni Joeri Overmars tot Head of Global Trade Solutions. Hij volgt Joost Niessen op die per 1 augustus met pensioen gaat. Joeri zal verantwoordelijk zijn voor de verdere groei van Global Trade Solutions en de bijbehorende producten en diensten zoals bankgaranties, kredietbrieven en diensten in het kader van supply chain management. Joeri Overmars werkte voorheen bij HSBC Nederland als Senior Sales Manager Global Trade and Receivables Finance. Joeri en zijn team maken deel uit van de 350 deskundigen binnen BNP Paribas op het gebied van Trade Solutions welke in meer dan 100 gespecialiseerde handelscentra in 60 landen actief zijn.

Geert Lippens, CEO BNP Paribas Nederland: “Global Trade Solutions heeft al jaren een sterk en actief team op de Nederlandse markt. Joeri zijn kennis en ervaring sluit perfect aan bij de ambitie om onze groei in flowproducten voort te zetten en de dienstverlening aan onze klanten verder uit te breiden met bijvoorbeeld Sustainable Trade Finance oplossingen. Daarnaast wil ik Joost bedanken voor zijn geweldige bijdrage aan BNP Paribas Nederland in de afgelopen 36 jaar waarvan de laatste zes jaar als Head of Global Trade Solutions in Nederland”.

Amsterdam, 5 maart 2020 – Met de komst van Guido van den Brande en Peter Toutenhoofd, is het Corporate & Institutional Banking team van BNP Paribas Nederland verder op sterkte gebracht. Guido van den Brande wordt per 1 april Co-Head Corporate Client Group Nederland en Peter Toutenhoofd is 1 februari gestart als Head of Advisory Nederland.

Geert Lippens, CEO BNP Paribas Nederland: “Guido en Peter nemen veel ervaring en een groot netwerk mee en zullen ons aanbod als een grote Europese speler met een wereldwijd platform versterken. Zo is BNP Paribas bij uitstek in staat onze klanten van dienst te zijn bij steeds complexere vraagstukken. In Europa hebben we een leidende positie als Corporate & Institutional Bank. Deze willen we nu actief uitbouwen. Onze doelstelling is om naast traditioneel Corporate Banking, waar we heel sterk zijn in bijvoorbeeld Financing, Trade Finance en Cash Management, ook vaker met onze klanten te werken aan de strategische vraagstukken rond hun bedrijf. Ik kijk er naar uit om met Guido en Peter de groeikansen die de Nederlandse markt biedt te benutten.”

Guido van den Brande werkte hiervoor onder andere als Hoofd Corporate Clients RBS en was de laatste jaren actief als Managing Director Head of Coverage bij HSBC. Peter Toutenhoofd komt over van de Rabobank waar hij de afgelopen 6 jaar Managing Director was binnen het M&A team. Beiden hebben meer dan 25 jaar Investment Banking en Corporate Finance ervaring.

Peter Toutenhoofd, Head of Advisory Nederland: “BNP Paribas neemt een bijzondere plaats in op de Nederlandse markt, met haar Nederlandse roots die teruggaan tot 1863. Het ontsluiten van BNP Paribas’ wereldwijde kennis, expertise en mogelijkheden voor onze Nederlandse klanten, is een uitdaging waar ik graag mee aan de slag ga.”

Guido zal samen met Matijn van Went als Co-Head leiding gaan geven aan de Corporate Client Group. Matijn zal zich daarbij specifiek richten op Flow Banking terwijl Guido zich bezig zal houden met Strategische Dialoog.

Guido van den Brande, Co-Head Corporate Client Group Nederland: “Ik ben blij met de kans om samen met Matijn specifieke oplossingen te realiseren voor de complexe opdrachten waarmee onze klanten geconfronteerd worden. Met de slagkracht, ambitie en kwaliteit van BNP Paribas zijn wij goed gepositioneerd die oplossingen te vinden en ons marktaandeel in Nederland uit te breiden.”

Peter Toutenhoofd, BNP Paribas Head of Advisory Nederland
Peter Toutenhoofd
Guido van den Brande, BNP Paribas  Co-Head Corporate Client Group Nederland
 Guido van den Brande

BNP Paribas Securities Services, een global custodian met EUR 10.100 miljard* bewaard vermogen is door Pensioenfonds PostNL aangewezen om bewaarneming en toegevoegde waarde diensten te gaan verzorgen. Pensioenfonds PostNL is het ondernemingspensioenfonds van PostNL in Nederland, met een totaal vermogen van EUR 8,6 miljard**.

Het mandaat, dat per 1 januari 2020 ingaat, bestaat uit de bewaarneming van de beleggingen, het voeren van de beleggingsadministratie, het toetsen van de beleggingsrichtlijnen, het verzorgen van de toezichthouderrapportages en het vervaardigen van de performancemeting en risicorapportages.

De samenwerking met Pensioenfonds PostNL bevestigt de ambities van BNP Paribas Securities services in Nederland om een toonaangevende speler te worden in de Nederlandse institutionele markt. Naast significante groei van de lokale expertise en capaciteit van BNP Paribas Securities Services in Nederland is er ook een dagelijks pensioenfonds dashboard beschikbaar voor haar institutionele clienten.

René van de Kieft, voorzitter Pensioenfonds PostNL, zegt:

“In de zoektocht naar een nieuwe custodian zijn we uitgekomen op BNP Paribas Securities Services, een stabiele, wereldwijde speler met een solide infrastructuur. Met een Nederlands team dat ook echt gehoor heeft gegeven aan onze specifieke wensen voor de invulling van het mandaat. Dat geeft ons vertrouwen in BNP Paribas Securities Services. Het transitieproces dat de komende maanden plaatsvindt is natuurlijk spannend, maar als bestuur zullen we er dicht bovenop zitten om alles zo goed mogelijk te laten verlopen”.

Mark Schilstra, Head of the Netherlands and Nordics bij BNP Paribas Securities Services, voegt toe: “We zijn verheugd om Pensioenfonds PostNL als klant te verwelkomen. Dit mandaat onderstreept onze sterke groei in de Nederlandse institutionele markt en ons vermogen om operationele innovatie en servicekwaliteit te leveren aan grote institutionele beleggers”.

*Per 30 juni 2019. Bron: BNP Paribas Group Q2 2019 results
**Per 31 december 2018. Bron: Jaarverslag 2018

BNP Paribas benoemt Geert Lippens tot CEO & Country Head Nederland. Geert is vanuit Amsterdam verantwoordelijk voor het toezicht op alle groepsentiteiten van BNP Paribas in Nederland, waaronder Corporate & Institutional Banking, Asset Management, Arval (wagenparkbeheer), Leasing Solutions, Personal Finance (consumentenkrediet), Factor (factoring), Cardif (verzekeringen) en Real Estate (vastgoedadvies). Daarnaast stuurt Geert het Nederlandse BNP Paribas Corporate & Institutional Banking team aan. Geert volgt Daniel Thielemans op die sinds 2016 de rol van CEO & Country Head Nederland vervulde.

Geert heeft ruim 25 jaar ervaring in Corporate & Institutional Banking. De afgelopen jaren bekleedde Geert de functie van Head of Leveraged Debt Platform and Energy, Resources & Infrastructure Finance EMEA bij BNP Paribas in Parijs. Daarvoor heeft hij verschillende internationale leidinggevende functies vervuld binnen BNP Paribas en Fortis.

Yannick Jung, Head of Global Banking EMEA: “BNP Paribas is al meer dan 150 jaar gevestigd in Nederland en deze markt is van strategisch belang voor de Groep. We zijn vastbesloten om de Nederlandse Corporate en Institutionele klanten in hun lokale en internationale activiteiten te blijven ondersteunen. We zijn verheugd met de benoeming van Geert Lippens. Zijn ervaring op verschillende posities in Corporate & Institutional Banking op verschillende continenten, zal van grote toegevoegde waarde zijn onze klanten en voor het versnellen van onze lokale ontwikkeling. Graag wil ik Daniel Thielemans bedanken voor zijn bijdrage aan BNP Paribas en ik wens hem veel succes voor de toekomst.”

Geert Lippens: “Ik zie er naar uit om onze Nederlandse klanten te begeleiden in hun ontwikkeling en het solide en diverse activiteitenplatform van de bank in Nederland verder te ontwikkelen. Het Nederlandse team is sterk en ik heb er alle vertrouwen in dat we de komende jaren onze groei kunnen voortzetten.”